1932, Boedapest. Gere János, een werkloze die op zoek is naar werk in de hoofdstad, wordt na een inval ondergebracht bij de geheime politie. Er wordt summier gerechtigheid uitgesproken en de politie wil tegen elke prijs een illegale communistische pers opsporen. Gere, die ronddwaalt in de donkere stad, voegt zich bij een man en helpt hem zijn bagage te dragen. Langzaam komt Gere erachter dat zijn metgezel een communist is en dat het zijn taak is om de persmachine verborgen te houden voor de politie.