De kleine Elizabeth dacht dat haar toekomst voorbestemd was: ze zou trouwen met Lodewijk XV en koningin van Frankrijk worden – dat was de belofte die haar vader, keizer van Rusland Peter de Grote, haar had gedaan. Wanneer Peter in 1725 sterft zonder een opvolger te benoemen, begint in Rusland een tijdperk van paleis staatsgrepen en machtsstrijd. Voor enkele tumultueuze jaren valt nog te bezien of het jonge Russische rijk en zijn nieuwe hoofdstad Sint-Petersburg stand zullen houden, en welke toekomst het land Rusland in petto heeft. Peters weduwe, Catharina I, wordt keizerin - de eerste vrouw die over het keizerlijke Rusland regeert. Ze wil de belofte nakomen die haar overleden echtgenoot aan hun dochter had gedaan, maar faalt. De jonge Lodewijk XV weigert met Elizabeth te trouwen nadat hij heeft vernomen dat ze is geboren voordat haar ouders officieel getrouwd waren. Dat maakte haar in zijn ogen onwettig.